La Fille du Tambour-Major, Jacques Offenbach
Oorspronkelijke titel | La Fille du Tambour-Major |
Nederlandse titel | De Dochter van de Tamboer-Majoor |
Componist | Jacques Offenbach |
Tekstdichter | Alfred Duru en Henri Chivot |
Vertaling | Joop C.G. Fransen |
Genre | Komische opera in drie bedrijven; vier taferelen |
Première | 13 december 1879, Théâtre des Folies-Dramatiques, Parijs |
Tijd van handeling | Omstreeks 1800 |
Plaats van handeling |
|
Belangrijkste rollen |
|
Kooraandeel | Zeer veel koor |
Orkestbezetting | 2 fluiten, 1 hobo, 2 klarinetten, 1 fagot, 2 hoorns, 2 trompetten, 3 trombones, pauken/slagwerk, strijkers |
Bijzondere eisen | Een flink mannenkoor is onmisbaar. Verder een bühnenorkest in het laatste bedrijf. |
Partituur en orkestmateriaal | Leverbaar |
Moeilijkheidsgraad | Niet moeilijk |
Duur | Drie bedrijven, totale duur: ongeveer 2½ uur |
Muziek |
Met La Fille du Tambour-Major heeft Jacques Offenbach nog eens benadrukt dat hij met hart en ziel aan zijn tweede vaderland was verknocht. Het stuk is één grote loftuiting aan het adres van Frankrijk, een patriottisch testament, boordevol typisch Franse muziek. Veel ensemblewerk, grote koren, een bruisende balscène, gevolgd door een schermscène, een gedanste en gezongen tarantella, een Frans volkslied (Le Chant du Départ) enz. |
Verhaal |
Het verhaal is vermakelijk, maar ook gecompliceerd. Een leerlinge van een kloosterschool, Stella genaamd, wordt verliefd op de jonge luitenant Robert. Haar vader, de hertog Della Volta, heeft haar hand echter beloofd aan een verknipte markies. Maar uiteindelijk blijkt Stella niet de dochter te zijn van Della Volta, maar van een Franse tamboer-majoor. Robert en Stella krijgen elkaar. Dit is de hoofd-intrige. Daarnaast zijn er tal van verwikkelingen rond de hertogin Della Volta, de marketentster Claudine, haar oom Clampas, de kleermaker Griolet, enz. |
Kostumering | Kostschoolmeisjes en nonnen, soldaten, deftige gasten en Italiaans volk |
Opmerking | |
Foto's | |
Link | Wikipedia (en) |